Terugbetaling thuisladen voor bedrijfswagens

De car policy van werkgevers voorziet steeds vaker in een bijdrage in de kosten voor het opladen van de elektrische of hybride bedrijfswagens van hun werknemers en bedrijfsleiders. Deze bijdrage neemt meestal een van de volgende vormen aan:

1. Gratis levering van elektriciteit (laadkaarten, laadpalen op bedrijfslocaties).
2. Terugbetaling van door de werknemer betaalde laadkosten thuis.
   
   

Op 6 december 2024 publiceerde de FOD Financiën circulaire 2024/C/77, waarin richtlijnen worden gegeven over de fiscale behandeling van vergoedingen voor het thuis opladen van bedrijfswagens. Deze richtlijnen zijn van toepassing voor terugbetalingen vanaf 1/1/2025. Ze verduidelijken of deze vergoedingen al dan niet belastbaar zijn voor werknemers.

Fiscale tolerantie voor terugbetalingen in 2025

• Voor de periode van 1 januari 2025 tot en met 31 december 2025 heeft het FOD Financiën een tolerantie ingesteld waarbij vergoedingen voor oplaadkosten thuis, ongeacht de aard van het traject dat daarmee wordt afgelegd, in de praktijk op dezelfde manier worden behandeld als de gratis levering van elektriciteit. Dit betekent dat slechts één voordeel van alle aard wordt belast, namelijk het voordeel van alle aard dat forfaitair wordt vastgesteld voor het gebruik van een hybride of elektrische bedrijfswagen.
  
  
• Voorwaarden om van deze tolerantie te genieten:

1. De car policy van de werkgever moet expliciet voorzien in de terugbetaling van elektriciteit die via de thuislaadoplossing wordt verbruikt.
2. De laadpaal moet uitgerust zijn met een specifiek communicatiesysteem dat de werkgever informeert over het elektriciteitsverbruik van de bedrijfswagen.
3. De terugbetaling mag uitsluitend betrekking hebben op het laden van de elektrische bedrijfswagen die door de werkgever ter beschikking is gesteld.
4. Terugbetalingen moeten gebaseerd zijn op het werkelijke verbruik, aangetoond met bewijsmiddelen (facturen, overzichten).
5. De terugbetaling moet gebeuren op basis van een vast bedrag per KWh dat niet hoger mag zijn dan een specifiek CREG-tarief; dit maximum zal elk kwartaal door de fiscus wordengepubliceerd.
   (voor het 1^ste kwartaal 2025 bedragen deze maximale tarieven per gewest : Vlaanderen: 28,22 c€/kWh | Brussel: 32,94 c€/kWh | Wallonië: 32,56 c€/kWh)

Circulaire 2024/C/77 verduidelijkt de fiscale behandeling van laadkosten in 2025. Tegelijk wordt een tijdelijke fiscale tolerantie ingevoerd om de overgang te vergemakkelijken, wat werkgevers duidelijkheid biedt bij het vergoeden van thuislaadkosten aan werknemers en bedrijfsleiders.

Heeft u meer vragen over dit artikel of onderwerp? Aarzel niet om contact op te nemen met uw vertrouwd HLB-adviseur voor verdere vragen.