Schepen voor de vaart op volle zee
Het Europees Hof van Justitie heeft hieraan toegevoegd dat hierbij het werkelijk gebruik op volle zee van belang is en niet de kenmerken van het schip als dusdanig.
Deze voorwaarde kwam onvoldoende tot uiting in de Belgische interne wetgeving en daarom heeft de wetgever met de wet van 29 november 2017 artikel 42 van het wetboek btw aangepast.
Onlangs heeft de administratie in dit kader verduidelijkt wat bedoeld word met schepen voor vaart op volle zee. Dit zijn dan schepen die voor minstens 70% moeten gebruikt worden voor vaart op volle zee. Dit moet dan aan de hand van de afgelegde trajecten kunnen bewezen worden.
In principe is de vrijstelling ook enkel van toepassing in de laatste keten van de handelsfase.
Echter voor de levering van brandstoffen en smeermiddelen is er een uitzondering voorzien als aan enkele voorwaarden voldaan is. Zo zal de levering van de brandstoffen door de bunkeraar aan een tussenpersoon worden vrijgesteld, indien de bunkeraar de brandstoffen rechtsreeks in het betrokken schip laadt.
Het spreekt voor zich dat de bewijslast hiervoor erg verhoogd wordt, om te kunnen genieten van de vrijstellingsregeling.
Indien u twijfelt of u de vrijstelling voor zeeschepen mag toepassen, gelieve ons te contacteren.
Heeft u nog vragen over dit onderwerp?
Contacteer nu de expert van HLB:
jim.geudens@hlb.be
Gecertificeerd fiscaal accountant
+32 3 449 97 57